Zoete mond
Thomas Rosenboom
Roman over de rivaliteit tussen twee grote mannen in een dorpje aan de Rijn.
Wanneer dierenarts Rebert van Buyten in 1965 naar Angelen verhuist, brengt hij onder de kinderen een golf van dierenliefde teweeg. Door het stijgen van zijn roem stoot hij onbedoeld de andere beroemdheid van het dorp van zijn voetstuk: Jan de Loper, een dwangmatige grappenmaker.
Naarmate de mooie Laura Banda het vaker over Jan heeft, neemt bij Rebert de afkeer van de man toe tot een welhaast onbedwingbare obsessie. Hij zint op een zoete wraak.
Bron: Querido